Pagina's


zaterdag 29 juni 2013

Schoonheidsidealen

Vandaag had ik een leuk gesprek met een Oegandese vrouw, hier in Nunspeet.
Zij: "You look very nice". Ik: "Thank you!". Zij: "Yes, you have gotten fatter!!".......
En dat is een een notendop het verschil  in schoonheid tussen Oeganda en Nederland. In Oeganda wordt het op prijs gesteld als je lekker stevig bent. Dat is een compliment waard! En het verhoogt ook nog eens je kans op een grote bruidsschat.
Toen ik ongeveer 12 was, waren wij voor een kort bezoekje in Oeganda op de plek waar wij vroeger gewoond hadden. Ik herinner mij gesprekken die mijn vader had met sommige leden van de mannelijke bevolking. Eerst werd ik van top tot teen bekeken. Vervolgens keerde de man zich naar mijn vader toe en vroeg "how many cows do you want for this woman?"
Tja, wat moet je daar nou op antwoorden? Mijn vader kennende had hij wel een grapje klaar, iets in de zin van "zij is onbetaalbaar" of misschien wel "hoeveel wil je er voor geven?". Lachwekkend en een heel ietsie pietsie zorgwekkend omdat ik nog zo'n kind was en daar helemaal niet mee bezig was! 
Dat het gevraagd werd kwam omdat Kumi, waar wij toen waren, aardig in de "rimboe" lag. De westerse beschaving was nog niet tot daar aan toe doorgedrongen.
Overigens was ik toen zo mager als een lat, dus ik weet nog steeds niet was de mannen in mij zagen! Aan een Oegandees schoonheidsideaal voldeed ik toen volstrekt niet.

vrijdag 28 juni 2013

Lalibela

Ethiopië bewaart een schat aan geschiedenis. Een van de vele mooie plekken waar je naar toe kunt gaan is Lalibela, waar kerken uit de rotsen zijn gehouwen.
Toen wij in Ethiopie woonden was er erg vele politieke onrust. Dat leidde er toe dat het vaak niet mogelijk was om het land te verkennen. Toch ben ik als kind een keer op pad geweest naar Lalibela.
Wij vlogen er naar toe, in een oud wrakkig propellervliegtuigje. Verbleven in een vrij primitief hotelletje. En zijn vervolgens met muilezels op pad gegaan naar de kerken. 
Het was een hele onderneming. Vrij vertrokken vroeg in de ochtend om op tijd dingen te kunnen zien. Het was een gemêleerd gezelschap van volwassenen en kinderen.
Nadat wij de kerken hadden bewonderd namen wij de weg terug. Die liep over een smal pad, op een bergrand, langs een diepe afdaling. Het pad was bezaaid met kiezelsteentjes waar je makkelijk over uit kon glijden. Inmiddels zaten wij niet op de ezels, maar liepen wij zelf op het pad. Ik voel nog de onrust en onzekerheid over of het wel goed zou gaan.
Toen gebeurde het, Lise, mijn zus, gleed uit en viel zo een stuk naar beneden. Bliksemsnel had een van de volwassenen haar te pakken. Ik herinner mij haar, in de lengte uitgestrekt, met een hand vastgeklampt aan de hand van die man, angst in haar ogen. Hij trok haar vervolgens omhoog, en na een paar keer diep zuchten liepen wij weer verder.
Die beelden (en of ze helemaal accuraat zijn laat ik even in het midden) staat mij nog helder voor de geest. Nog sterker dan de grote zware kerken waar je van bovenaf op neerkeek.

donderdag 27 juni 2013

Banquet

Wat een spektakel, ieder jaar opnieuw! Banquet, het feest der feesten. Maanden voorbereiding. Exclusief eten dat werd ingevlogen uit Amerika. Decors waarbij een gymzaal werd omgetoverd. Een muzikale voorstelling die op Broadway niet zouden misstaan. Meisjes opgedirkt, jongens strak in het pak. Elk jaar was het weer een verrassing hoe het programma eruit zou komen te zien en hoe de avond zou verlopen. Creativiteit en inzet werd van alle betrokkenen gevraagd.
Het was de traditie dat het een na laatste jaar (eleventh grade) deze banquet organiseerden voor de leerling uit het laatste jaar (twelfth grade). Het feest was omringd met geheimzinnigheid. Het thema moest tot het eind toe een verrassing blijven.
 En dan barstte uiteindelijk het feest los. Eerst liep je met je "date" door een haag van leerlingen van de school die niet bij het feest aanwezig mochten zijn. Jurken werden bewonderd en er werd geklapt en gejoeld. Daarna trad je binnen in de feesthal en werd je op de foto gezet. Je had een tafelschikking, dus je ging op zoek naar waar je kon gaan zitten, ondertussen jezelf vergapend aan de bouwwerken die in elkaar waren gezet. Ik heb twee banquets meegemaakt, de een met het thema Aztec, en de andere met het thema Southern Grace. Echt adembenemd wat er allemaal gebouwd werd. Complete tempels, vijvers met bruggen erover, een balkon die sterk genoeg was om op te zitten, je kon het zo gek niet bedenken of het werd wel gebouwd. Je werd bediend door weer andere schoolgenoten. Als je daarvoor gekozen werd was het zelfs een eer.
Dan volgde een avondvullend programma met meerdere gangen eten, zang, dans en toneel. Echt heel bijzonder hoeveel moeite er in gestoken was.
Kleding was natuurlijk ook een heel bijzonder deel van het verhaal. Waar moest je nou middenin Afrika een mooie jurk vandaan toveren? Het eerste jaar dat ik meedeed wist ik niet dat ik een jurk nodig zou hebben, omdat het ook mijn eerste jaar op de school was. Toen heb ik een jurk geleend van een schoolgenoot. En het tweede jaar heeft mijn moeder een jurk gemaakt, zonder mij erbij (want zij in Ethiopië, en ik in Kenia) die vervolgens weer aangepast moest worden zodat ie mij goed zat.
Weet je wat mij nog het meeste bijblijft van de tweede avond? Mijn angst dat ontdekt zou worden dat ik geen bh aan had. Ik vond de jurk mooier vallen zonder bh eronder, maar vervolgens zat ik aan tafel met de hoofdmeester van de school..... Ik heb peentjes gezweet.... 

dinsdag 25 juni 2013

Vraag tien

Drieculturen heeft gevraagd of ik een vragenlijst voor haar in wil vullen over hoe ik ben opgegroeid. Dat wil ik wel, dus de komende tijd zullen jullie een aantal vragen van haar beantwoord zien op deze plek:
Vandaag vraag tien:

Zijn er dingen waar je het nu nog moeilijk mee hebt? 

Zijn er dingen waar ik het nu nog moeilijk mee heb.... tja, die vraag kan alle kanten op! Of ik het nog moeilijk heb met de gevolgen van opgroeien in het buitenland? Soms. Omdat er dan jeuk ontstaat naar nieuwe ervaringen, nieuwe belevenissen. En die liggen niet altijd voor de hand in het leventje dat ik nu leid. Die ervaringen moet ik veel bewuster opzoeken, en daar doe ik niet altijd de moeite voor.
Echt moeilijk vind ik dingen niet meer. Ik heb mij aardig verzoend met wie ik nu ben, gevormd door mijn ervaringen in het buitenland. Ik accepteer dat ik anders kan zijn dan anderen, dat mijn ervaringen er mede toe hebben geleid dat ik ben wie ik ben.
Ik ben blij met de hechte band met mijn familie. Ik ben blij met mijn brede blik op de wereld. Ik ben blij met vloeiend Engels kunnen spreken. Blij dat ik begrip op kan brengen voor mensen die "anders" zijn of "vreemd" zijn omdat voor mij niet snel iets anders of vreemd is. Ik ben blij met bijzondere ervaringen die de moeite waard zijn om op te schrijven. Blij dat ik heb kunnen proeven en ruiken aan verschillende culturen. Ik ben blij dat ik een rijk leven heb (gehad). Niet altijd makkelijk, maar wel waardevol.


maandag 24 juni 2013

Schoolziek

Ik weet niet meer precies welk schooljaar het was. Een jaar dat ik liever niet zo vaak naar school ging. Het was een jaar waar ik nergens goed bij hoorde en het waarschijnlijk wel prima vond om nog even in bed te blijven liggen met een boekje erbij.
Soms zocht ik dan een uitvlucht om niet naar school te hoeven. In die tijd waren er een heel aantal legitieme redenen die van toepassing konden zijn. Een flink potje amoebe of giardia is altijd goed voor je een tijdje lamlendig voelen. Maar er was ook een jaar waarin ik met enige regelmaat last had van mijn keel. En dat leerde ik goed uitbuiten.
Als ik dan wel eens mijn huiswerk niet had gedaan, of gewoon geen zin had, dan werd ik 's ochtends wakker en ging ik flink slikken om mijn keel wat te irriteren. Vervolgens zette ik een zielig stemmetje op, riep mijn moeder, en klaagde dan over keelpijn. Ze maakte er een spelletje van, in de tijd dat ik echt vaak last had. Dan beschreef ze hoe mijn keel er nu weer uitzag. De ene keer was die wat groen met stippen, of paars met strepen, dan weer oranje met vlekken. Vermoedelijk had zij ook wel door als ik niet echt keelpijn had, maar vaak mocht ik dan toch nog thuisblijven.
Fijn toch, zo'n dagje schoolziek zijn!

zaterdag 22 juni 2013

Uit de oude doos

Dit weekend bracht mijn vader een map mee met oude nieuwsbrieven die hij en mijn moeder geschreven hebben in de loop der jaren. Daar wil ik een aantal dingen uit overnemen. Vooral mijn moeder schrijft heel beeldend over het dagelijkse wel en wee. In dit geval gaat het over het wonen in Kumi, Oeganda in maart 1975.

" Een paar dagen geleden hebben wij 7 dagen zonder elektriciteit gezeten. Er was een transformator uit elkaar geslagen in Kumi. We hebben ons 's avonds met kaarsejs en een olielampje gered. Alleen een nadeel, er was haast geen water en de koelkast deed het niet. Wat een ramp, alles wat we hadden moest in twee dagen opgegeten worden. Door de warmte blijft er werkelijk niets goed. Ons water moet eerst gekookt worden, en daarna gefilterd. Daar drupt het dan langzaam door en meestal hebben we dan de volgende dag 3 a 4 flessen water.
Met Marit en Lise gaat het uitstekend. Marit is een lekker kletskousje en heeft van die grappige opmerkingen. Ze zegt zo vaak "ik vind het erg leuk hoor Mama". Ze hebben ook zo genoten van de vakantie. We hebben heerlijk gezwommen in Moshi (Tanzania). Je kon van die armbandjes huren in het zwembad. Lise begint ook al zo te praten, ze zegt alles na. Ze roept altijd " Mallit duwe"  als ze op de schommel zit. Het ene moment zijn ze de dikste vriendinnen en het andere moment zitten ze elkaar in de haren. Verder is het een heerlijk stel. Lise klautert op alles wat los en vast zit, je moet ogen van voren en van achter hebben. Verder ben ik zelf nog niet zo actief in veel dingen. Vorig jaar heb ik namelik 6 weken geelzucht gehad, hetis zo'n vermoeiende ziekte.
We kunnen nu wel zeggen dat we wat tropen ervaring hebben. 14 dagen terug hebben we onze tweede grote slang gedood in de tuin. Ik zal er nooit aan wennen, het was weer een spuwende cobra. Gelukkig hadden wij nu in de gaten om op een afstand te blijven. Marit heeft vorig jaar nog last van wurmen op haar hoofdje gehad. Dit is afkomstig van een (mango)vlieg. De vliegen leggen eitjes op vochtige plaatsen. Hoe ze op Marit haar hoofdje terecht gekomen zijn weten wij niet. Ze is er wel erg naar van geweest"

Tot zo ver deze eerste editie van " uit de oude doos" . Toen wij in Oeganda woonden  was ik een peutertje. Ik heb dus alleen maar vage indrukken van hoe het leven daar was. Deze nieuwsbrieven brengen die tijd weer tot leven. Erg leuk!

vrijdag 21 juni 2013

Eenvoud

Met de voorbereidingen voor een weekendje weg krijg ik een melancholisch verlangen naar de eenvoud van vroeger. Toen het voldoende was om een broek, een paar t-shirts en een kikoi in een tas te gooien, dat was het dan ook ongeveer. Dan vergeet ik gemakshalve even alle voorbereidingen die de volwassenen in het gezelschap wel moesten ondernemen!
Ik herinner mij kleine tassen met vieze kleding, die dan soms werden omgespoeld in een riviertje. Terwijl ik schrijf realiseer ik mij dat dit heel idyllisch klinkt. Alsof ik wekelijks was stond te boenen in een rivier. Maar de realiteit is dat ik dat een keer gedaan heb ;-). Dat was op safari in Kenia. Mijn kikoi was toen mijn veel gedragen kledingstuk. Ook een ander cultureel tochtje in Kenia was onmogelijk zonder kikoi en afgetrapte Bata's.
Ook dit weekendje in Nederland gaat er een kikoi mee.
Verder ben ik aan nu aan het inpakken alsof wij een week naar de maan gaan. Belachelijk eigenlijk! En dan vooral niet de mobieltjes/laptops/tablets en dvdtjes vergeten, want stel dat wij ons gaan vervelen.
Wat deden wij eigenlijk vroeger ter vermaak? Gesprekken herinner ik mij, al hobbelend over stoffige wegen. Zingen. Lezen (altijd en overal). Schrijven. En kijken en de omgeving in je opnemen. Nadenken. Flirten. En van die standaard reisspelletjes zoals "ik ga op reis en ik neem mee". Deze herinneringen aan vroeger zijn niet gebonden aan mij, en mijn geschiedenis in Afrika. Vermoedelijk zullen velen van mijn generatie dezelfde gedachten hebben over de eenvoud van toen.

woensdag 19 juni 2013

Brieven

Grinnikend lees ik de brieven die mijn vader bewaard heeft. Brieven die mijn zus en ik schreven toen wij op kostschool zaten in Kenia. Brieven vol met niets zeggende anekdotes, verhalen over wat wij nou weer aan het doen waren, of korte kattebelletjes met een verzoek om geld of de vraag om er alsjeblieft gauw voor te zorgen dat die trui die wij toch nodig bleken te hebben even op te sturen.
Ik vind het vooral opmerkelijk hoe openhartig wij waren over onze verliefdheden. En dat zijn er heel wat geweest! Ik lees terug hoe ik de spieren beschrijf van mijn nieuwste aanwinst, of schrijf dat die of die met mij zit te flirten, of dat die zo'n lekkere kont heeft (nice ass klinkt toch wel wat leuker eigenlijk). Diverse jongens passeren de revue, in geuren en kleuren beschreven.
Mooi eigenlijk, dat ik er geen moeite mee had om te vertellen waar ik mee bezig was, en welke jongen mijn aandacht getrokken had. 
Helaas zijn de brieven die ik ontving niet bewaard gebleven. Ik heb niet door gehad dat ik daar nog waarde aan zou hechten. Een brief staat mij wel helder voor ogen. Die was zo leuk, en daar heb ik zo om gelachen, dat ik dat vervolgens weer in een van mijn brieven vast heb gelegd. Zo blijft er toch nog een stukje geschiedenis bewaard.

dinsdag 18 juni 2013

Momentopname

De zon werpt een gouden gloed over de eucalyptusbomen. De bast van de bomen hangt in flarden naar beneden, schakeringen van grijs, groen, rood en wit komen tevoorschijn. De soepel takken zwiepen zachtjes heen en weer in de avondbries. Bladeren veranderen van groen naar grijs, naar groen, naar grijs.
Ik ruik de eucalyptus. Een frisse scherpe lucht. Soms koel en prikkelend, soms warm en loom.
Mijn voeten leunen op de koele tegelrand van het balkon. In mijn schoot een boek. Het is stil buiten. De stilte van het magische uur dat de zon z'n kracht verliest maar toch alles weet te omhullen met een zachte warme glans. De stilte van tevredenheid. De stilte van rust.
Ik adem diep in en neem mijn omgeving in mij op.

zondag 16 juni 2013

Vraag negen

Drieculturen heeft gevraagd of ik een vragenlijst voor haar in wil vullen over hoe ik ben opgegroeid. Dat wil ik wel, dus de komende tijd zullen jullie een aantal vragen van haar beantwoord zien op deze plek:
Vandaag vraag negen:

Wat voor karaktereigenschappen heb ik ontwikkeld of heb ik onder anderen door het TCK zijn? 

Flexibiliteit is het eerste wat mij te binnen schiet, en het vermogen om een kameleon te zijn.  Die twee hebben vast met elkaar te maken.
Flexibiliteit uit zich bij mij door dat ik mij redelijk snel weet aan te passen aan nieuwe omstandigheden. Ik zie soms op facebook dat mensen zich behoorlijk druk kunnen maken over weer een nieuwe update. Mijn schouders haal ik er voor op. Wijziging? Ok, even kijken hoe het nu moet, en dat doe ik dan vervolgens. Dat geld ook voor beleidszaken op mijn werk. Ik denk dan "je kunt het hebben zoals je het hebben wil". Nu ik dit opschrijf denk ik dat het misschien alleen maar van toepassing is op de dingen die ik niet zo heel belangrijk vind.  Dan ben ik goed in staat "to go with the flow". Dat geld waarschijnlijk minder voor dingen die ik zelf in de hand heb. Zoals een project of een plan waar ik verantwoordelijk voor ben. Dan kan ik juist heel controlerend en heel principieel zijn, dan voel ik mij heel erg betrokken en wil ik het vooral goed doen. En dan kan ik mij behoorlijk opwinden over dingen die niet gaan zoals ik dat zou willen (en dat dan vooral niet laten merken.... ). 
Diezelfde flexibiliteit of aanpassingsvermogen zorgt ervoor dat mensen mij al heel gauw als vertrouwd beleven, alsof ik er al langer ben. Dat komt niet omdat ik een stille persoon ben, die op de achtergrond aanwezig is en daardoor niet opvalt. Want zo zit ik meestal niet in elkaar. Misschien komt het doordat ik juist wel een mening heb of iets durf te zeggen en dat dan dan overkomt als zelfverzekerd en daardoor ook vertrouwd.
Is die bewering wel logisch eigenlijk?



zaterdag 15 juni 2013

Verandering van spijs.....

Nou schijnt het zo te zijn dat de gemiddelde Third Culture Kid wel van verandering houdt. Alsof het ingebakken is door de vele verandering die je meemaakt als je aan het opgroeien bent. Bij mij waren dat de wisselingen tussen verschillende landen, scholen, culturen en huizen.
Soms lijkt het alsof een behoefte aan verandering door deze wisselingen geïntegreerd is in mijn persoonlijkheid. Onlangs heb ik een aantal psychologische tests gedaan, en een van de dingen die eruit kwam is dat routinewerk funest is voor mij. Dat is niet eens zo verbazingwekkend. Het verklaart ook mijn afkeer van het huishouden! Het maakt wel dat het in mijn werk en thuis belangrijk is om rekening te houden met die behoefte. Zo ben ik op dit moment heel chagrijnig van de routine die mijn leven  ongemerkt is ingeslopen, en moet ik bewust moeite doen om nieuwe dingen te plannen. Dat kan iets simpels zijn als de fiets pakken en een net andere route naar mijn werk nemen, of iets maken wat ik anders niet maak, een dagje weg gaan, iemand spreken die ik anders nooit zou spreken, of zelfs de boodschappen doen in een andere supermarkt.
Verandering van spijs doet eten, is de Nederlandse  uitspraak. Voor mij is het travel and change of pace impart new vigor to the mind. Hoog tijd voor mij dus om weer wat te gaan ondernemen!

donderdag 13 juni 2013

Slaap

Als er iets is wat ik vroeger goed kon, dan was het wel slapen. Het maakte weinig uit waar ik was, met wie ik was, of in welk vervoermiddel ik mij bevond, slapen kon altijd.
Zondagmiddag was vaak een moment om bij te tanken van de week, zeker op kostschool. Dan hadden wij eerst de zondagdienst, daarna een flinke warme maaltijd, en dan daalde er een vredige rust over het terrein. Vele middagdutjes heb ik gedaan op die zondagmiddagen.
Of op zaterdagen dat wij naar de stad gingen. Daar moest je voor intekenen, dat kon niet zomaar. Je moest er ook extra vroeg voor opstaan omdat je wel even onderweg was. Gauw een ontbijtje naar binnen werken en dan de bus in, om vervolgens een dutje te doen. Na aankomst stevig kilometers maken in Nairobi, winkel in en winkel uit en dan op de terugweg weer een uiltje knappen.
Ik heb charmante foto's van mezelf op vliegvelden, met mijn hoofd op een stoel, in volledige rust verzonken.
Slapen kon leunend tegen iemand aan, of met mijn hoofd op iemands schoot, of gewoon onderuitgezakt. Op een matje op de grond, een stapelbed, een doorgezakt bed of in een slaapzak onder de sterrenhemel. In een hobbelende jeep, een plakkerige bus of een schommelende trein. Slaap was gewoon nooit een probleem.
Of wel? Nu ik erover schrijf herinner ik mij die ene nacht. Wij hadden twee dagen bergbeklimmen erop zitten, op de Kilimanjaro. Er waren meer die de berg wilden veroveren die week, met als gevolg een ernstig tekort aan slaapplaatsen. Uiteindelijk kwam ik terecht in een bedbak met opstaande randen, samen met een ander meisje. Kop aan kont lagen wij daar. Geen ruimte om te draaien, en tot overmaat van ramp had ik ook nog een volle blaas. Veel heb ik niet geslapen die nacht. Misschien heeft dat er wel toe bijgedragen dat ik de top van die berg nooit gezien heb..... 

woensdag 12 juni 2013

Winkelen


Alleen al het blikje Lyle's Golden Syrup zien doet mij watertanden. Het goudgele goedje smelt op mijn tong en verwarmt mijn hart.
Er was namelijk maar een grotere supermarkt in Ethiopie. Het droeg de heldhaftige naam "Victory". Waar die victory op sloeg was iedereen een raadsel, want de winkel was vaker leeg dan vol.
Maar af en toe kon je een blikje van dit spul kopen. Dat was dan een traktatie.
Op de Injera Westerns pagina op facebook stond de volgende beschrijving van boodschappen doen bij Victory. Ik ga het niet voor je vertalen, maar als je het globaal leest, dan snap je hoe ingewikkeld boodschappen doen soms kon zijn.

" I used to go to Victory, shopping with my Mom. They had the world’s most complicated check-out system. Only certain items could be put in your shopping cart, the rest remained behind the counters until you had paid for it. For example for cheese you had to go to the cheese counter, ask for what you wanted, have the person write out a note with the name of the item, the weight and the price listed. Each note came in two different copies and colors, I think. One copy was left with your chosen items, which were put in a plastic bag. The other you held on to until you were ready to pay. There were quite a few different counters (and oh yes, the chocolate and candy bars were behind one of them! ). Once you were done shopping, you would bring all your notes to the check-out counter, have the cashier sum them up plus write a new note listing each and every item that was in your shopping cart. Then after having paid, you had to run around the store and collect your items (handing back the notes, so that they could be matched with the correct copy + plastic bag). Once you were done and before you were allowed to leave the store, each and every item was counted and compared to the shopping receipt. If there was a mis-match, it would take forever to be corrected. Yet we were the priviledged ones who could shop there. Quite often there would be people standing outside asking us to buy sugar. Sometimes we did."


dinsdag 11 juni 2013

Mombasa

Twee jaar heb ik op kostschool gezeten in Kenia. Mijn laatste twee jaar van het voortgezet onderwijs. Mijn ouders, en mijn broer en zussen woonden toen nog in Ethiopië. Elke drie maanden vloog ik naar huis voor een maandje vakantie. Een maandje reünie met de familie.
De eerste keer dat ik weer thuis kwam was schokkend. Opeens was mijn broertje groot geworden en had hij een baard in de keel! Ik zag hem aan komen lopen en schoot helemaal vol van ontroering. 
Het tweede jaar dat ik er zat werd het eerste jaar dat mijn zus Lise erbij kwam. Gezellig, een zus erbij! Af en toen wilde ik Nederlands met haar praten, even indruk maken, en geheimzinnig doen. Maar daar was zij niet zo'n fan van.
Wij zagen elkaar niet super vaak, ook al zaten wij op dezelfde school. Uiteraard was je wel op de hoogte van elkaars wel en wee. Als wij het niet van elkaar te horen kregen, dan hoorde wij het wel via de tamtam. En ik heb ook wel eens de liefdesverdriet van haar afgewezen vriendjes aangehoord. Mooi meiden waren wij, ik denk dat ik dat gerust mag beweren!
Samen zijn wij een keer op pad geweest naar Mombasa. Ik was toen 17, en zij 15. In de trein. Alleen. In een Afrikaans land. Zonder begeleiding. Gekkenwerk eigenlijk!
Wat een avontuur. Ik zit te glimlachen terwijl ik schrijf :-).
Het was echt een avontuur, want heel precies wisten wij ook niet hoe wij moesten reizen. De trein in Kenia is al een beleving op zich. Daarna met een lokale bus naar een veerboot en tot slot met de taxi verder totdat wij waren aangekomen. Tenminste, zo herinner ik mij het!
Wij konden aanhaken bij een grote groep bekenden die op dezelfde tijd daar waren. Meeliften bij hun in de auto. Wat inhield dat de achterbak open werd gemaakt en daar nog een paar mensen in gezet werden.
Een keer liepen wij in het water langs de kustlijn totdat wij bij een hotel met zwembad waren. Lise trapte op een stuk koraal en had daar de rest van onze vakantie last van.
Ik herinner mij een spontane zoen van een klasgenoot, zomaar. Een onbekende man langs het zwembad die foto's van mij wilde maken. Zwemmen en van de glijbaan af in het donker met een groep jongeren. De slappe lach krijgen in ons verblijf. Van pure vreugde sprintjes trekken en de radslag doen op het strand. Leven tot in mijn tenen. Hoe heerlijk!

Welke herinneringen heb jij Lise? Schrijf jij deel twee van dit verhaal?

maandag 10 juni 2013

Familieband

Volgens mijn dochter is een van mijn nichtjes wel eens jaloers op onze familieband. En dan bedoel ik de band die ik heb met mijn broer en zussen. 

Wij zijn hecht, dat klopt inderdaad. Dwars door alle werelddelen heen. Vaak ook zonder regelmatig contact, want de een is beter in bellen, en de ander die schrijft liever. Maar die band die blijft.
Dat krijg je als je zo op elkaars lip opgroeit. En als je familie het enige is wat steeds hetzelfde blijft als je verhuist.
Toen ik hier in Nederland eens een weekend meedraaide voor Missionary Kids, viel mij die familieband ook op. Broers en zussen die om elkaars nek hingen, of bij elkaar op schoot kropen. Ondanks de leeftijdsverschil elkaar toch even opzoeken. Minder concurrentie, meer contact.
Veel meer dan "gewone" Nederlandse kinderen heb je als Third Culture Kid de binding van je gedeelde geschiedenis. Vaak is het alleen nog maar een broer of zus die weet waar je het over hebt als je praat over vroeger. En als je een beetje afgelegen opgroeide, dan waren het je brussen die je speelkameraadjes waren.
Bovendien werden wij door omstandigheden vaak in vrijheid beperkt. Ik kon er niet zomaar op uit, ik was afhankelijk van mijn ouders om mij te brengen en te halen. Ik had geen bijbaantje, of een sport waar ik zelfstandig naar toe ging. Mijn familie was mijn uitvalsbasis.


Nu geniet ik er van dat mijn kids hun neefjes en nichtjes leren kennen. Dat zij wel een gedeelde geschiedenis opbouwen, met een contact die ik niet heb meegemaakt toen ik jong was. En ik vind het jammer dat mijn ene zus niet in Nederland woont en dat ik tante op afstand moet zijn. Hoewel.... ik kan het mij ook niet anders voorstellen bij haar!


zondag 9 juni 2013

Buiten

Gisteren liep ik even de Dorpstuin op, hier in Nunspeet. Een leuk lokaal initiatief, waar groente, kruiden en bloemen groeien en geoogst kunnen worden.
De zon scheen, er waaide een frisse wind. Onder een boom lag een picknickleed uitgespreid. Drie kleine meisjes speelden in de tuin. Op een gegeven moment zag je alleen nog maar hun blonde hoofdjes boven de rabarber uitsteken. Er werden spelletjes gespeeld en bloemetjes geplukt. Ik stond even te genieten en werd toen bevangen door een gevoel van weemoed.
Buiten zijn, dat was vroeger zo gewoon. Bloemen waren om te plukken en te ontmantelen. Leeuwenbekjes werden pratende "hoofden". Lantana werd uitgezogen, als je dat precies goed deed proefde je een vleugje zoet op je tong. Anjers werden in mijn vlecht gestoken, of achter mijn oor. Grote stengels gras werden afgeknabbeld. Hibiscus werd sap. Eucalyptus knarste onder je voeten en verspreide een heerlijke geur. In bomen werd geklommen of geschommeld
En als wij zin hadden in een snoepje, dan wisten wij het wel. Gauw een bosje bloemen plukken en aan de buurvrouw aanbieden, met snoepje als beloning.
Gisteren... gisteren was even een flashback naar toen......

donderdag 6 juni 2013

Voogd

Onze voogd was een grote zwarte man, met handen als kolenschoppen. Als hij sprak, dan werd er geluisterd. In het huis was het gezellig. Niet nederlands gezellig met planten in de vensterbank en kleedjes op de vloer en gordijnen, maar gezellig vanwege de bedrijvigheid.
Muzikale zonen zetten hun grote handen op de piano en zongen erbij. Er werd gelachen en er werd gegeten. Je was er welkom, dat was overduidelijk.
Toen ik mijn voogd na jaren weer zag op het vliegveld in Nairobi, toen ik daar aankwam met mijn man, pakte hij zijn hand en zei "thank you for bringing my daughter home". Nog ontroert het mij als ik daar aan denk.

Het was bijzonder eigenlijk, om Keniaanse voogden te hebben. Omdat onze ouders in een ander land woonden dan waar wij op school waren, was het nodig om voogden in Kenia te hebben. Mijn ouders hadden contact met  het oudste kind van deze bijzondere man en zij stelde voor dat hij de verantwoordelijkheid voor ons zou nemen bij rampspoed en tegenslag. 
Na de eerste onzekere ontmoeting volgde hartverwarmend contact. De jongens sloofde zich voor ons uit. Vader zorgde op afstand, moeder was lief en kookte lekker. Een keer kwam ik terug van een weekendje bij ze met mijn armen vol bloemen, die had een van de zonen voor mij gekocht.
We  hebben gelachen en geflirt en genoten van de aandacht.

Nu is er een boek verschenen over deze man. Het heet "I don't eat blacks - the life of Richard O Ondeng".  Die ga ik hoe dan ook lezen. Want eerlijk gezegd wist ik toen maar weinig van deze man, die toch wel een bijzondere geschiedenis blijkt te hebben.